Plan: | Bedrijventerrein Stepelerveld, fase 1 |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0158.BP1081-0001 |
Bij elk ruimtelijk plan dient, met het oog op de natuurbescherming, rekening te worden gehouden met de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in gebiedsbescherming en soortenbescherming. Een ruimtelijk plan mag namelijk geen significante gevolgen hebben voor een te beschermen gebied en/of soort.
Gebiedsbescherming
Voor de gebiedsbescherming zijn in het kader van de Europese richtlijnen in Nederland speciale beschermingszones aangewezen met een hoge wettelijke bescherming. Hiervoor zijn Natura 2000-gebieden en gebieden onderdeel uitmakend van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) opgenomen.
Soortbescherming
Op basis van de Flora- en faunawet zijn gebieden aangewezen voor de bescherming van dier- en plantensoorten. De werkingssfeer van de Flora- en faunawet is niet beperkt tot of gerelateerd aan speciaal aangewezen gebieden, maar geeft soorten overal in Nederland bescherming. Op grond van de Flora- en faunawet gelden algemene verboden tot het verwijderen van groeiplaatsen van beschermde plantensoorten en het beschadigen of verstoren van voortplantings- of vaste rust- of verblijfplaatsen van beschermde diersoorten.
Zorgplicht
De zorgplicht Flora- en faunawet is mede van toepassing op de beschermde soorten waarvoor geen ontheffing hoeft te worden verkregen. Dit houdt in, dat iedereen voldoende zorg in acht moet nemen voor alle in het wild levende dieren en planten (inclusief hun leefomgeving). Concreet betekent dit dat bij een ruimtelijke ingreep rekening moet worden gehouden met alle aanwezige dieren en planten door middel van planning en uitvoering. Voor alle grondgebonden zoogdieren en amfibieën in het plangebied geldt de zorgplicht. Dit houdt in dat deze dieren gedurende de werkzaamheden zoveel mogelijk moeten worden ontzien.
Ecologisch onderzoek
Ten behoeve van de ontwikkeling van Bedrijventerrein Stepelerveld zijn in de periode tussen 2007 en 2011 diverse ecologische onderzoeken uitgevoerd. Deze onderzoeken zijn deels verouderd. Daarom is in januari 2012 een actualisatie ecologisch onderzoek uitgevoerd voor het plangebied van fase 1 van bedrijventerrein Stepelerveld. De resultaten van dit onderzoek zijn bijgevoegd in bijlage 6 van deze toelichting en worden onderstaand verwoord.
Resultaten ecologisch onderzoek bedrijventerrein Stepelerveld
Het plangebied ligt op korte afstand (circa 2,7 kilometer) van het Natura 2000-gebied Buurserzand & Haaksbergerveen. Afhankelijk van de bedrijven die zich hier mogen vestigen, oftewel wat staat het nieuwe bestemmingsplan toe, kunnen negatieve effecten optreden op het Natura 2000-gebied door een toename van bijvoorbeeld depositie van stikstoffen. Een nadere toetsing (voortoets) van het bestemmingsplan aan de Natuurbeschermingswet is dan ook noodzakelijk.
Op basis van de ligging en de aard van de ruimtelijke ingrepen wordt ingeschat dat de beoogde plannen geen negatieve effecten hebben op de in de omgeving aanwezige EHS en natuur buiten de EHS.
Uit het onderzoek blijkt dat de volgende soorten zijn aangetroffen en/of te verwachten zijn:
Op grond van de resulaten van het onderzoek worden de volgende vervolgstappen en mitigerende maatregelen voorgesteld:
Conclusie bedrijventerrein Stepelerveld , fase 1
Voor het onderhavige bestemmingsplan voor fase 1 van het bedrijventerrein Stepelerveld dat gesitueerd is op het zuidwestelijk deel van het bedrijventerrein Stepelerveld geldt dat aanvullend onderzoek noodzakelijk naar vaste verblijfplaatsen van vleermuizen en jaarrond beschermde nestplaatsen van Huismus en Buizerd.
Voorafgaand aan de realisatie van fase 1 van bedrijventerrein Stepelerveld dient dit onderzoek uitgevoerd te worden. Bij de uitvoering wordt rekening gehouden met de onderzoeksresultaten en de eventueel te nemen maatregelen.